De 50 ov-chipkaart fails

Niets is 100% perfect, zelfs de strippenkaart niet en niets is 100% waardeloos, zelfs de ov-chipkaart niet, maar de op de lijn 100% waardeloos --> 100% perfect, bevindt de ov-chipkaart zich veel dichter bij het puntje 100% waardeloos dan 100% perfect. Hieronder staat een lijst met nadelen van de ov-chipkaart.

1. Je moet (meestal € 7,50) betalen voor een kaart met € 0,00 saldo. Bij de supermarkt ga je toch ook niet betalen voor een leeg melkpak?

 

2. Doordat je (iedere vijf jaar) moet betalen voor een lege kaart (een soort 'contributie' dus) en de ritprijs tussen de chipkaart en een los kaartje behoorlijk verschillen, kun je beter spreken over 'ledenprijs' (als je met de ov-chipkaart reist) en 'niet-ledenprijs' (als je met een (veel te duur) los kaartje reist). In feite bestaat OPENBAAR vervoer daardoor niet meer.

 

3. Op veel te weinig plekken kun je de kaart met contant geld (en dus redelijk anoniem) opwaarderen.

 

4. Bij sommige vervoerders kun je aan de balie je kaart met contant geld opwaarderen. De vervoerder vraagt hier wel vaak een toeslag voor.

 

5. Het enige dat de "anonieme" kaart NIET is, is anoniem. Die kaart is enkel niet-persoonsgebonden. Ook als u uw saldo van deze kaart terug wilt hebben, dient u al uw privégegevens te verstrekken d.m.v. het invullen van een formulier.

 

6. Het minimumbedrag dat je kunt opladen is € 5,- of je kunt het saldo aanvullen tot vooraf vastgestelde bedragen (alleen mogelijk op treinstations). Je kunt dus niet even € 1,38 opladen (tenzij je saldo € 2,62 is en je deze bijvoorbeeld aanvult tot € 5,-). Ook bestaat er GEEN mogelijkheid om het saldo (of een deel daarvan) voortijdig KOSTELOOS terug te laten storten op de bank-/girorekening waar het van afkomstig is, zonder dat je de kaart verplicht moet beëindigen. Met de chipknip op de bankpas is dit wel mogelijk.

 

7. Het is niet meer mogelijk om bij een oplaadpunt in Friesland een afgekocht reisrechtabonnement dat geldig is in Limburg te kopen. Bij de sterabonnementen oude stijl was dit wel mogelijk. Je kunt weliswaar wel thuis via internet een abonnement bestellen, waar je ook bent, maar krijgt daar geen advies over welk abonnement het meest geschikt is.

 

8. Chipkaarten zijn slechts maximaal vijf jaar geldig, waarna je weer een nieuwe kaart moet KOPEN á € 7,50 per stuk. Als je de kaart verliest of hij gaat defect door onzorgvuldig handelen, betaal je zelfs

€ 11,-! Het zou beter zijn als de kaarten wel een ingangsdatum hebben, maar geen einddatum en dat er vijf jaar garantie wordt gegeven. Gaat de kaart binnen vijf jaar -bij normaal gebruik (indien verstrekker aangeeft dat er geen sprake is van normaal gebruik, dient de verstrekker dit aantoonbaar te maken)- stuk, wordt hij GRATIS vervangen. Raakt de kaart na vijf jaar defect, is er geen garantie meer en dien je een nieuwe kaart aan te schaffen.

 

9. Bij defect gaan vóór de verloopdatum reist u enige tijd óf volledig op eigen kosten óf middels een tijdelijk product op een niet-persoonsgeboden kaart, die u á € 7,50 wel zelf dient aan te schaffen. Hier komen de kosten voor het vervangen van de kaart (zie punt 8) nog bij!

 

10. Het is (nog) niet mogelijk om met meer dan één persoon op één (groeps)kaart te reizen. Bij (grotere) groepen vertraagd hierdoor de in- en uitstaptijd.

 

11. Reis- en (in geval van een persoonlijke kaart) persoonsgegevens blijven onnodig lang bewaard, te weten: 18 maanden. Het is totaal niet belangrijk wie er wanneer reist, het is voor de vervoerders alleen belangrijk om te meten hoeveel personen er per reis meegaan. Het bewaren van overige gegevens doet totaal NIET ter zake.

 

12. De uitstaptijd wordt vertraagd, zeker bij personen die hun kaart pas gaan zoeken op het moment dat ze voor de deuren staan om het voertuig of station te verlaten.

 

13. De meeste ritten zijn duurder geworden. Sommige ritten zelfs meer dan 20 %.

 

14. Op lijnen die door twee vervoerders gereden wordt (bijvoorbeeld 195/295 (Arriva en Syntus)), kun je niet alle beschikbare abonnementen gebruiken omdat sommige abonnementen vervoerdergebonden zijn en dus bij één specifieke vervoerder gebruikt kunnen worden, waardoor de maandelijkse reiskosten ten opzichte van reizigers die wel van alle abonnementen gebruik kunnen maken fors hoger uit kunnen vallen.

 

15. Kaartlezers geven regelmatig de verkeerde halte aan, waardoor je teveel voor de rit betaalt.

 

16. Kaartlezers vallen regelmatig uit, waardoor je niet kunt uitchecken. Dit zorgt voor een hoop gedoe om het teveel betaalde geld terug te vragen.

 

17. Als je te dicht in de buurt van een kaartlezer staat, kan het voorkomen dat je jezelf -zonder dat je het doorhebt- in- of uitcheckt. Dit vergroot de kans op een boete bij controle of op een onjuiste transactie.

 

18. Restitutie aanvragen is bureaucratisch en gaat vaak heel moeizaam, waardoor men het maar laat om restitutie aan te vragen. Dit zorgt voor een extra, maar wel ONTERECHTE winst voor de vervoerders.

 

19. Bij het aanvragen van restitutie voor een onterechte transactie, worden reizigers als criminelen behandeld: ze zijn schuldig aan fraude (het verzoek tot restitueren is onterecht), tenzij het tegendeel bewezen is. Dit kan beter andersom geregeld worden: bij een verzoek tot restitutie direct overgaan tot uitbetalen van het gevraagde bedrag en dit achteraf onderzoeken. Als het verzoek terecht is, is er niets aan de hand. Als het verzoek ten onrechte is gedaan, wordt de kaart geblokkeerd en pas weer gedeblokkeerd als het ten onrechte gerestitueerde bedrag, vermeerderd met een boete is voldaan.

 

20. Automatisch opladen (AO) laadt op de verkeerde momenten op. AO laadt namelijk direct op als uw saldo onder € 0,00 komt (dus ook na inchecken!!). Stel u hebt AO en € 5,- saldo. U bent van plan om een treinreis te maken dat € 6,- kost. U komt dus € 1,- tekort, maar u weet dat u AO hebt, dus u verwacht dat er € 10,- wordt bijgeschreven. Echter, het volgende gebeurt: u checkt in, waardoor er € 20,- wordt afgeschreven. Uw nieuwe saldo wordt daardoor € 15,- negatief. AO wordt actief en laadt € 10,- op uw kaart, waardoor uw saldo € 5,- negatief wordt. Dat is nog steeds te weinig, dus AO laadt nogmaals € 10,- op, waardoor uw saldo € 5,- positief wordt. Op uw eindbestemming checkt u uit en wordt het niet verreisde deel (€ 14,-) teruggestort. Uw saldo is dan dus € 19,-. Op de terugweg checkt u weer in en wordt er weer € 20,- afgeschreven. Uw nieuwe saldo wordt daardoor € 1,- negatief. Hierdoor wordt AO weer actief en wordt er wederom € 10,- opgeladen, waardoor het saldo € 9,- positief is. Bij uitchecken wordt er weer € 14,- bijgeschreven en is het saldo op de kaart € 23,-. Er is dus als het ware € 20,- onnodig opgeladen!

 

21. Je kunt alleen saldo van de kaart in contanten laten uitbetalen als het saldo minder is dan € 30,-. Heb je meer en wil je dat terug, dien je de kaart naar TLS op te sturen om deze te beëindigen.

 

22. Een barstje of scheurtje in de chipkaart in de buurt van de chip betekent vaak dat de chip beschadigd is en de chipkaart daardoor niet meer gebruikt kan worden.

 

23. Voor reizen per trein, moet de kaart eerst geactiveerd worden door aan te geven of je een 1e of 2e klas product wil. Bij alle andere treinproducten krijg je standaard een 2e klas product, tenzij je anders aangeeft. Waarom moet dat met de ov-chipkaart nou weer anders?

 

24. Voor ritten met de trein moet er minimaal € 10,- (lees: € 6,- omdat je € 4,- negatief kunt staan) op de kaart staan als je een NS-abonnement hebt en minimaal € 20,- (lees: € 16,- omdat je € 4,- negatief kunt staan) als je GEEN NS-abonnement hebt. Ook voor ritten met Arriva Qliners 315, 325 en 335 dient er minimaal € 10,- saldo (lees: € 6,- omdat je € 4,- negatief kunt staan) op je kaart te staan. Dit is DOOD geld, want je hebt het wel nodig, maar je kunt er niets mee.

 

25. Je kunt niet zomaar een keertje 1e klas gaan reizen als je een 2e klas-product op je kaart hebt staan en vice versa. Je moet dat eerst bij een kaartautomaat omwisselen en later weer terugzetten.

 

26. Bij een 'automatisme' kan de vraag oprijzen: "Heb ik eigenlijk wel ingecheckt?" Dat is alleen door de conducteur te controleren. Bij een papieren kaartje heb je tenminste nog een tastbaar bewijs in de vorm van het papieren kaartje.

 

27. Tussen inchecken en uitchecken (of vice versa) bij dezelfde paal of hetzelfde poortje voor reizen met de trein dient minimaal 1,5 minuut tijd te zitten. Als je dus per ongeluk in- of uitcheckt, moet je minimaal 1,5 minuut wachten, waardoor je de kans loopt dat je de trein mist. Wel kun je direct in- of uitchecken bij een andere paal of poortje, maar ja, als die aan de andere kant van het station staat...

 

28. Als je iemand wil uitzwaaien op een (trein)station met poortjes, heb je zelf ook een ov-chipkaart nodig, eventueel met een hoog verplicht minimumsaldo (zie punt 24). Bovendien moet je binnen één uur weer uitgecheckt zijn, anders ben je het opstaptarief kwijt! Even rustig een hapje eten met je aankomende of vertrekkende vriend/kennis/familielid is er dus niet bij!

 

29. Bij overstappen van de ene vervoerder naar de andere vervoerder (geldt vooral bij in- en uitchecken op station/perron), ben je meer tijd kwijt, waardoor de kans bestaat dat je je aansluiting mist.

 

30. Als je een dal-abonnement op je kaart hebt staan en je stapt binnen 35 minuten over van bus op trein, wordt het abonnement NIET aangesproken en reis je dus NIET met de voor jou geldende dalkorting! Dit geldt vooral als het eerste incheckmoment zich in de spits bevindt.

 

31. Er is geen overkoepelende organisatie waar je naartoe kunt gaan met persoonlijke vragen en/of klachten. Je zou denken dat Translink Systems (TLS) de overkoepelende organisatie is, maar die verwijst vaak door naar de vervoerder en de betreffende vervoerder verwijst vaak weer terug naar TLS.

 

32. Is er iets misgegaan met een transactie van de ov-chipkaart tijdens een rit, dien je zelf uit te zoeken bij welke vervoerder dat was om vervolgens daar je klacht in te dienen. Bij papieren kaartjes en de strippenkaart, is het direct duidelijk als er iets mis gaat bij het afstempelen.

 

33. Op stations met poortjes kunnen de poortjes te langzaam open gaan, waardoor je je aansluiting mist of te snel weer dicht gaan, waardoor je vast komt te zitten.

 

34. Op stations met poortjes kan, vooral tijdens de drukke spitsperiode, een trechtereffect ontstaan: hordes mensen proberen zich door slechts enkele beschikbare poortjes te worstelen, met verdrukkingsgevaar tot gevolg, zeker als een calamiteit zich voordoet.

 

35. De kaart is onvriendelijk in het gebruik van mensen met een beperking (zoals blinden en slechtzienden). Er is weliswaar een speciale regeling hiervoor, maar die is vaak oneerlijk tegenover mensen zonder beperking (zoals goedkoper kunnen reizen).

 

36. Je kunt alleen leeftijdskorting krijgen als je AL je privégegevens inlevert (door een persoonlijke ov-chipkaart aan te vragen). Anoniem is dit (nog) niet mogelijk. Bij papieren vervoersbewijzen kan de conducteur of chauffeur -bij twijfel- naar een legitimatiebewijs vragen. Deze gegevens worden vervolgens NERGENS opgeslagen, wat bij de ov-chipkaart wel het geval is.

 

37. Je weet de ritprijs pas definitief als je uitgecheckt bent. Bij papieren kaartjes weet je dat direct na aanschaffen.

 

38. De gegevens op je account op ov-chipkaart.nl zijn niet 'real time'. Daar gaan enkele uren overheen. Dit is lastig als je met smart zit te wachten om reiskosten te declareren. Als je per ongeluk een keer bent vergeten uit te checken, is het niet mogelijk om het afgeschreven instaptarief (€ 4,-, € 10,- of € 20,-) te declareren. Deze is namelijk niet zichtbaar in de lijst op ov-chipkaart.nl.

 

39. De informatie op de kaartlezers (in bussen en trams) blijft te kort staan, waardoor men niet voldoende tijd krijgt om de gegevens op juistheid te controleren.

 

40. Bij zonnig weer zijn, door het inschijnen van de zon, de gegevens op de schermpjes van kaartlezers op onoverdekte perrons niet goed (zeg maar rustig NIET) leesbaar, waardoor je de gegevens niet kunt controleren.

 

41. Bij de meeste vervoerders geven de kaartlezers niet aan bij welke halte de bus of tram zich bevindt. Hierdoor is niet te controleren of de gegevens wel juist zijn, waardoor je niet weet of je wel het juiste bedrag betaalt.

 

42. De kaarten met een MiFare Classic-chip zijn eenvoudig te kraken, waardoor goedwillenden op den duur meer voor hun reis moeten gaan betalen. Ook al is de chip inmiddels vervangen door een veiligere variant, het is slechts een kwestie van tijd totdat deze ook gekraakt is. Kun je het maken? Dan kun je het kraken!

 

43. Om de ov-chipkaart te kunnen in- en uitchecken zijn paaltjes of poortjes nodig. Deze paaltjes en poortjes verbruiken 24 uur per dag, 7 dagen per week stroom. Stroomverbruik, of dit nou groen of grijs is, betekent toename van CO2-uitstoot. Daarnaast dienen de paaltjes en poortjes ook onderhouden te worden. Ook dit kost geld. Ook moeten automaten blijven bestaan, want er zijn altijd reizigers die geen automatisch opladen (willen) hebben.

 

44. De ov-chipkaarten bestaan uit twee delen plastic, een laagje lijm om de plasticdelen bij elkaar te houden en chiptechnologie. Dit alles bij elkaar zorgt ervoor dat de ov-chipkaart na de verloopdatum NIET weggegooid mag worden bij het restafval, maar verwerkt moet worden als Klein Chemisch Afval. Aangezien vrijwel niemand dit zal gaan doen, is de ov-chipkaart milieuONvriendelijker dan een papieren kaartje, die je na gebruik bij het oud papier kan deponeren.

 

45. Men wordt gedwongen om de kaart te gebruiken of een veel te duur los kaartje te kopen of anders met de auto of de fiets te reizen.

 

46. Je privacy tijdens je reis is niet gewaarborgd: medereizigers kunnen bij in- en vooral bij uitchecken zien hoeveel de reis heeft gekost die je hebt gemaakt en hoeveel saldo er nog op je kaart staat.

 

47. Zwart- en grijsrijden zou met de ov-chipkaart uitgebannen worden omdat het onmogelijk zou zijn om zwart- of grijs te rijden, maar het is juist veel makkelijker geworden.

 

48. Korting blijkt lang niet altijd korting te zijn. Vooral als er met meer dan één vervoerder gereisd wordt, waarbij er van de ene vervoerder een kortingsproduct op de kaart staat en bij de andere vervoerder niet.

 

49. Vervoerders kunnen, zonder dat de reizigers dat merken, (onjuiste) prijsverhogingen doorvoeren, bijvoorbeeld door de afstand tussen twee haltes in hun computersysteem te wijzigen.

 

50. Als je een grensoverschrijdende reis maakt, dien je een los kaartje te kopen omdat er over de grens nauwelijks kaartlezers zijn. Maar het is onmogelijk om zonder ov-chipkaart een station op te komen dat met poortjes afgesloten is of gaat worden.

Zoals al eerder is genoemd, is niets 100% waardeloos, dus ook de ov-chipkaart heeft voordelen. Zo kun je flexibel reizen (je kan tijdens je reis je eindbestemming wijzigen zonder een nieuw kaartje te hoeven kopen).